Al heel jong voelde je je vaak een buitenbeentje. Je voelde je niet thuis in de plaats waar je opgroeide, in je familie, op de lagere school. Je gedroeg je anders, had andere interesses, lette op andere dingen, je trok je graag terug. Je was gevoelig, kreeg veel mee, observeerde veel en wist dat volwassenen niet altijd eerlijk zijn. Vermoedelijk had je een nauwe band met dieren, en voelde je je als kind meer op je gemak in de natuur, dan tussen de mensen. Je was dol op verhalen, kon helemaal opgaan in boeken en later in muziek. Niet de muziek van het uitgaansleven, wel de ‘verfijndere’, zachte en klassieke muziek. Al kreeg je dat misschien niet eens mee van thuis.
Als kind merkte je wel dat je anders was dan de anderen, gevoeliger vooral, stiller, zachter en bescheidener. Dat gevoel van er niet echt bij te horen, veroorzaakte soms een onbehaaglijk gevoel van een vreemde te zijn, een buitenbeentje. Een rondje tussen allemaal vierkantjes, of het lelijke eendje uit het sprookje van Hans Christiaan Andersen.
Herken je dit? Als kind deed je vaak ook nog eens extra moeite om je toch vooral aan te passen aan de norm. Door jezelf bijna geweld aan te doen en je te vervormen tot een kneedbaar bolletje in het geheel. Als sociale wezens willen we per slot van rekening het liefst bij een groep horen. Als dat dan niet zo lukt, kun je je soms best eenzaam voelen. Dat eenzame gevoel kan nog tot ver in je volwassen leven voortduren. En kan je zelfs depressief maken.
Totdat je iemand ontmoet, een wijs iemand, die jou leert met andere ogen naar jezelf te kijken. Die de bijzondere waarde van jou herkent. Misschien is het wel nooit de bedoeling geweest dat jij je conformeert aan een groep. Omdat jouw specifieke kwaliteiten en je zijn dan teveel beperkt en onderdrukt zouden worden. Misschien is het wel heel goed voor jou om veel tijd in je eentje door te brengen, om beter in contact te komen met je wijsheid, je intuïtie en je bovennatuurlijke vaardigheden.
Als je jezelf op deze manier kunt zien en accepteren, kun je je ook voorstellen, dat jij een bepaalde groep mensen misschien wel veel te bieden hebt. Zo gezegd ben jij juist de diamant tussen de andere sieraden, de mooie gekleurde papaver tussen het gipskruid. Jij bent juist van enorm toegevoegde waarde.
Dan is het niet meer eenzaam maar één-saam. Is dat niet fijn?